De Romeinse Reisgids – hoofdstuk 3: langs de Maas tot aan de oostgrens

Reisgids MaasmondHet belang van de Maas als waterweg kan ook niet onderschat worden. Net als bij de Waal lagen er waarschijnlijk Romeinse posten aan de Maas. Aanvankelijk puur omdat hier een weg langs liep, waar wegstations nodig waren om de orde te bewaken, maar later ook om te voorkomen dat vijanden die de Rijn over hadden weten te steken nog verder doordrongen. Bovendien konden flexibele ruitereenheden vanaf de Maas snel naar een plek aan de Rijn komen om de soldaten daar te hulp te schieten als er problemen waren.

©audiovisueel centrum Vrije Universiteit Amsterdam; CC BY-SA 3.0
©audiovisueel centrum Vrije Universiteit Amsterdam; CC BY-SA 3.0

1. Helinium (Naaldwijk)
– Locatie: onzeker
– Bewoners: misschien de Classis Germanica pia fidelis
Volgens Plinius de Oudere lag het “Bataveneiland” tussen het Flevomeer en het Helinium. Waarschijnlijk was dit de benaming voor de toen zeer brede monding van de Maas en Waal. Het is duidelijk dat er bij Naaldwijk een nederzetting lag en gezien de positie ervan zou het best eens kunnen dat het Kanaal van Corbulo hier in het Helinium uit kwam. Als dat zo was, is het ook logisch dat er een militaire post bij Naaldwijk was, die misschien ook wel naar de naam Helinium luisterde. Een bronzen plaat van de Classis Germanica pia fidelis, de vloot van de Rijndelta, doet vermoeden dat er een vlaardingenvlootbasis was, maar die is nog niet ontdekt.

2. Flenium (Vlaardingen?)
– Locatie: onzeker
Flenium staat op de Peutinger kaart tussen Tablis en Forum Hadriani. Er zijn meerdere ideeën over hoe dit zit. Het zou kunnen dat Flenium aan de Maasmonding, het Helinium, lag en daar gewoon een verschrijving van was (wat op de kaart wel meer voorkomt). Volgens de afstanden van de kaart zou Flenium op 26 kilometer van Forum Hadriani moeten liggen, wat Vlaardingen een goede kandidaat maakt als het om een andere plaats dan castellum Helinium gaat. Er zijn in Vlaardingen in elk geval wel sporen gevonden van een kade of verharde weg.

alblas3. Tablis (Alblasserdam?)
– Locatie: zeer onzeker
Ten oosten van Flenium vermeldt de Peutinger kaart als eerste Tablis. Een kandidaat voor de locatie ervan is Alblasserdam, waar bewijs voor een nederzetting op de Hogendijk is gevonden. Ook in Oud-Alblas zijn aanwijzingen gevonden. Of één van deze nederzettingen daadwerkelijk Tablis was, is natuurlijk nog maar de vraag…

caspingio4. Caspingium (Heesbeen of Asperen?)
– Locatie: onbekend
Op de Peutinger kaart staat Caspingium tussen Grinnes en Tablis vermeldt.. Hier wordt het bepalen van de locatie des te lastiger omdat in dit gebied zowel de Waal als Maas hun delta bereiken en daardoor vertakken. Behalve dat er dus veel weggespoeld is, is het ook lastig vast te stellen hoe de Romeinen dit bekeken. Grinnes en alle volgende plaatsen worden tussen Maas en Waal vermoed, maar of dat voor Caspingium ook geldt is de vraag? Van oudsher werd Asperen vaak met Caspingium vereenzelvigd, maar dat ligt wel erg ver ten noorden van de Waal. Een andere mogelijkheid is dat de Waal vroeger juist wat zuidelijker stromen en in die zin wordt er ook wel aan Heesbeen gedacht. Er is maar weinig om beide opties echt te bewijzen.

De maquette van de tempel van Empel in het Noordbrabants Museum.
De maquette van de tempel van Empel in het Noordbrabants Museum.

5. Tempel van Empel
Locatie: Meerwijkweg, Empel
Bij Empel stond een tempel van het Gallo-Romeinse type, waar overigens een opvallend groot voorgebouw bij hoorde. Deze was gewijd aan Magusanus, de Bataafse oppergod die vaak met Hercules vereenzelvigd werd. Waarschijnlijk werd hij in de derde eeuw verwoest door brand. Misschien door een oorlog tegen de invallende Franken, want in 258 behaalde generaal Postumus bij de resten van de tempel een grote overwinning op diezelfde Franken. Toen Postumus later zijn eigen keizerrijk in Gallië inrichtte, bleef hij Hercules Magusanus eren. Restanten van de tempel werden later gebruikt als nieuw bouwmateriaal, onder andere voor het castellum bij Kessel.

lith6. Castellum Vada (Kessel-Lith?)
Locatie: Vermoedelijk de Lithse Ham
Sinds de vondst van een groot aantal skeletten, zowel van mannen en vrouwen als van kinderen, wordt er door sommigen vermoed dat Kessel de plek was waar Julius Caesar in 55 v. Chr. afrekende met de Usipeten en de Tencteren, twee Germaanse stammen die van de oorlog in Gallië gebruik wilden maken om er te gaan wonen. Helemaal zeker is dat niet. Wel is het duidelijk te zien dat er sprake is van rituele begrafenissen, wat blijkt uit de kromgebogen zwaarden in de graven. Dat Kessel voor zowel de Romeinen als de inheemsen een belangrijk punt was blijkt uit de opvallend Gallo-Romeinse tempel van Kessel. Misschien was deze tempel net als die van Empel gewijd aan Hercules Magusanus, maar er is ook geopperd dat het om een tempel voor de vergoddelijkte Julius Caesar kan gaan. Ook deze tempel ging uiteindelijk ten onder en de stenen werden in de vierde eeuw gebruikt voor een nieuw castellum bij Kessel, waar de Waal en Maas vlak bij elkaar liggen. Omdat Kessel vlakbij Rossum (mogelijk Grinnes) ligt, zou het kunnen dat het om Vada gaat, dat in het jaar 70 samen met Grinnes werd aangevallen door de rebellen.

bord7. Villa van Wijchen-Tienakker
Locatie: Tienakker, Wijchen
Ten noorden van de Maas moet vanuit de Waal ook een weg richting Cuijk gelopen hebben. Niet erg ver van Nijmegen moet aan deze weg een opvallend luxueuze villa gelegen hebben, waar onder andere metalen kranen van gevonden zijn. Op het achterterrein van de villa was blijkbaar een klein altaartje, want er zijn een votiefsteen en een klein bronzen beeldje van de godin Minerva gevonden. Vondsten van de villa zijn in Wijchen te bewonderen in het museum.
Bezienswaardigheden: Romeinse vondsten in Museum Kasteel Wijchen; informatiebord bij de Wijchense Molen
Speciaal in de Romeinenweek: Tentoonstelling  “Wachters van het noorden” (elke dag behalve 30 april en 1 mei, 13:00-17:00); Romeinenmiddag (3 mei, 13:00-16:00)

Een pijler van de Romeinse brug, aangegeven op de Waalstraat (ironisch genoeg aan de Maas)
Een pijler van de Romeinse brug, aangegeven op de Waalstraat (ironisch genoeg aan de Maas)

8. Ceuclum (Cuijk)
Locatie: Maasboulevard en Waalstraat, rondom de H. Martinuskerk
Gelegen aan het punt waar de Maas vanuit het zuiden komt en een bocht naar het westen maakt, was de rivierduin van Cuijk al snel een uiterst strategisch punt. De naam komt misschien van het Keltische keujka, “kromme rivier”. Al halverwege de eerste eeuw moet hier een houten fort hebben gestaan. Waarschijnlijk werd dit al voor de Bataafse opstand van twintig jaar daarna geëvacueerd en opgeheven. De burgerlijke nederzetting eromheen bleef echter wel bewoond, omdat de plaats ook een oversteekpunt was, zodat er op den duur 500 à 750 inwoners waren. De nederzetting kende een badhuis en kreeg in de tweede eeuw een tempel op de plaats van het oude fort. Toen het Romeinse rijk in de derde eeuw minder stabiel werd, liep Ceuclum leeg. Begin 4e eeuw wisten de Romeinen hun controle over het rivierengebied weer te versterken: Ceuclum kreeg een nieuw fort en later ook een stevige brug, zodat ruiters vanuit het zuiden gemakkelijk konden oversteken om de forten bij de Rijn te helpen. Toen de Romeinen controle over ons land verloren, raakte de brug in verval en stortte in. Cuijk bestaat echter nog steeds.
Bezienswaardigheden: Vondsten in Museum Ceuclum; contouren Romeinse brugpijlers en tempel op de Waalstraat
Speciaal in de Romeinenweek: Romeinse dag Cuijk (elke dag); Via Valentinana (elke dag)

© Werner Doenni; CC BY-SA 3.0
© Werner Doenni; CC BY-SA 3.0

9. Villa Groesbeek-Plasmolen
Locatie: Sint Jansberg, Plasmolen
Wie bij Ceuclum de Maas overstak kon hier mogelijk een weg vinden naar het oosten, richting Xanten. Het zou kunnen dat de villa van Plasmolen niet ver van die weg lag. Het is de grootste Romeinse villa uit heel Nederland. Hij bevatte onder meer een badruimte, vloerverwarming, muurschilderingen en mozaïeken, met een terrasvormige tuin om het geheel heen.
Bezienswaardigheden: stenen markeringen van het centrale deel en de uiteinden van de villa.

boerderijA. IJzertijdboerderij Dongen
Locatie: Oude Oosterhoutsebaan, Dongen
Op de IJzertijdboerderij in Dongen wordt sinds de opening in 2005 met zo’n 40 vrijwilligers het leven uit de ijzertijd herontdekt en herbeleefd. Ook Romeinen komen hier soms bij kijken, omdat de ijzertijd immers de laatste fase van de prehistorie is en de Romeinen in deze periode in Nederland arriveren. De boerderij is gebaseerd op een gebouw uit Beek en Donk van rond het jaar 700 v.  Chr.
Speciaal in de Romeinenweek: Romeinenweek op IJzertijdboerderij Dongen (5 mei, 13:00-17:00)

museumB. Noordbrabants Museum
Locatie: Verwersstraat 41, ‘s-Hertogenbosch
Het Noordbrabants Museum bevat een opvallend interactieve Romeinse afdeling, met filmpjes, interactieve tafels en visuele maquettes. Het geheel is opgedeeld in de drie thema’s van het Romeinse leger, de Romeinse godsdienst en het dagelijks leven, uiteraard allemaal zoals het in Noord-Brabant was. Vondsten in het museum komen onder andere uit Cuijk, Empel, Esch en nog vele andere plaatsen.
Speciaal in de Romeinenweek: “Romeinen in Brabant” (elke dag behalve 30 april, 11:00)

boerderijC. PreHistorisch Dorp – Eindhoven Museum
Locatie: Genneper Parken, Eindhoven
Het PreHistorisch Dorp is opgericht in 1982 als Historisch Openluchtmuseum Eindhoven (HOME) en bevatte aanvankelijk vooral een dorpje in ijzertijd-stijl. Vanaf eind jaren ’90 is het museum uitgebreid, zodat het nu niet alleen gebouwen uit de prehistorie, maar ook uit de middeleeuwen en Tachtigjarige Oorlog bevat. De Romeinse tijd ontbreekt niet in het dorp, al moet je even goed kijken om die te vinden, want er zijn geen kolossale witgeverfde bouwwerken met dakpannen. In plaats daarvan ligt de nadruk bij de inheemse manier van leven, wat blijkt uit een stevige boerderij met stal- en leefgedeelte. Wel duiken er tegenwoordig bijna jaarlijks Romeinen op.
Speciaal in de Romeinenweek: ‘Op patrouille met de Romeinen? Sluit je bij ons aan!’ (elke dag behalve 1 mei, 11:00-17:00)

Helinium: de Romeinen aan de monding van de Maas

034Na Forum Hadriani bezocht te hebben trekken we verder zuidwaarts langs het Kanaal van Corbulo, tot we komen aan het punt waar het kanaal uitmondt in de Maasmonding. Tegenwoordig mondt de Maas uit in zee via zowel het Haringvliet als de verschillende riviertakken en kanalen in de Rotterdamse havenregio. In de Romeinse tijd moet er op ongeveer deze hoogte, tussen Hellevoetsluis en Naaldwijk, een zeer brede riviermonding gelegen hebben, door de Romeinen het Helinium genoemd. Volgens Plinius de Oudere lag het Bataveneiland tussen het Flevomeer en het Helinium.

Een bronzen plaat van de Classis Germanica zou misschien op een vlootstation kunnen wijzen.
Een bronzen plaat van de Classis Germanica zou misschien op een vlootstation kunnen wijzen.

Het zuideinde van het Kanaal van Corbulo lag vermoedelijk ergens in Naaldwijk. De vondst van een bronzen plaat die verwijst naar de Classis Germanica Pia Fidelis, de vloot van Germania, duidt op de aanwezigheid van de marine, zodat vermoed wordt dat er te Naaldwijk een vlootbasis lag. Een basis of ander fort is tot op heden echter niet gevonden, ofschoon de locatie, zowel aan de monding van de Maas als van het kanaal, de plaats natuurlijk veel strategisch belang gaven. De aanwezigheid van burgerlijke nederzetting of vicus is daarentegen wel degelijk aangetoond. Daarnaast bevat Naaldwijk een inheems nederzettinkje, dat op een lichte verhoging in het landschap gebouwd was. Een Romeinse villa die vlak buiten Naaldwijk gevonden is, vermoedelijk niet ver van het kanaal, is vrij bijzonder omdat het huis gedeeltelijk van steen gebouwd was en bovendien een hypocaustum bevatte, een Romeinse vloerverwarming. Iets raadselachtiger is een mijlpaal die rond het jaar 1500 teruggevonden werd; niet vanwege de inscriptie (die is overduidelijk van Marcus Aurelius en Lucius Verus, met een omschrijving die het jaar 162 aantoont) maar omdat men niet meer exact kan zeggen of de mijlpaal nu in Naaldwijk of Monster gevonden was.

Zuid-Holland in de Romeinse tijd. Rondom de Maasmonding vermoeden we minstens twee forten, misschien meer.
Zuid-Holland in de Romeinse tijd. Rondom de Maasmonding vermoeden we minstens twee forten, misschien meer.

Ten zuiden van het Rotterdams havengebied, te Oostvoorne, zijn in 1752 brokken van funderingen waargenomen toen het water extreem laag stond. Jan Kluit uit Brielle noemde de aangetroffen ruïne de Zeeburg. Gezien de locatie ervan is het aannemelijk dat het hier een tweede Romeins fort betrof, waarschijnlijk om het andere uiteinde van het grote Helinium te overzien. Het vermoeden is dat het valt onder de kustforten die na 173 zijn opgericht om nieuwe aanvallen van plunderaars over zee te weren, nadat Didius Julianus als gouverneur van Gallia Belgica een grootscheepse Chaukische aanval had weerstaan. Als het fort de woelige ecologische veranderingen uit de 3e eeuw overleefde, moet het dus niet letterlijk aan de kust maar wat meer naar het zuiden gelegen hebben. Het fort was vast en zeker van steen gebouwd (of herbouwd) zodat de ruïnes nog eeuwen bestonden. Wanneer het fort verzwolgen werd door de zee is niet zeker, maar het moet ergens tussen de 4e en 12e eeuw gebeurd zijn.

De mijlpaal uit Monster of Naaldwijk is nog steeds te zien in het RMO.
De mijlpaal uit Monster of Naaldwijk is nog steeds te zien in het RMO.

De zuidelijkste plaats in Zuid-Holland die een nederzetting bevat is Goedereede. Goedereede bevatte een vicus en havenplaats, maar wellicht ook een kustfort. Resten ervan werden in 1618 gezien en Oude Wereld genoemd. Opnieuw is er waarschijnlijk sprake van verstening, wat de lange bewaring van de resten verklaart. Van zowel de Zeeburg als Oude Wereld vermoeden we dat de verstening in de vierde eeuw plaatsvond. Vandaag de dag is er van de vermoede forten in Naaldwijk, Oostvoorne en Goedereede nauwelijks nog een spoor te bekennen. In elk geval is de mijlpaal nog altijd te zien in het Rijksmuseum van Oudheden.

Forum Hadriani: centrum van bestuur en handel in Zuid-Holland

kaart z-hNa de Romeinse plaatsen aan de Rijn en de kust behandeld te hebben, komen we dit keer voor het eerst aan een plaats die gegarandeerd geen militair fort gekend heeft. In hartje Zuid-Holland, tussen Rijn en Maas, ligt Voorburg. Slechts weinigen zouden nu kunnen vermoeden dat deze voorstad van Den Haag ooit misschien wel de belangrijkste plaats van de regio was. Op de plek waar Voorburg nu staat lag namelijk ooit een Gallo-Romeinse stad, de noordelijkste van het Europese vasteland: Forum Hadriani.

Waarneming van het Kanaal van Corbulo, afgelopen mei bij Leidschendam. De opvallend grijze klei tussen het lichte zand en zwarte veen laat duidelijk zien waar het kanaal liep.
Waarneming van het Kanaal van Corbulo, afgelopen mei bij Leidschendam. De opvallend grijze klei tussen het lichte zand en zwarte veen laat duidelijk zien waar het kanaal liep.

Het exacte ontstaan van Forum Hadriani is onduidelijk, maar in de groei van de stad heeft de aanleg van het Kanaal van Corbulo vast en zeker een rol gespeeld. Gouverneur Corbulo hield zich rond het jaar 49 bezig met de aanleg van het kanaal. Volgens Tacitus was het kanaal vooral van economische aard en diende de aanleg om het leger, dat Corbulo op last van keizer Claudius uit de Friese gebieden had teruggetrokken, bezig te houden. Het is echter zeker niet ondenkbaar dat de aanleg eigenlijk van meer defensieve aard was, want de aanleiding voor Corbulo’s veldtocht naar het noorden was het bestrijden van piraten die de rivieren onveilig maakten. Een kanaal tussen Rijn en Maas maakte niet alleen dat als de vloot zich van Rijn naar Maas of Waal verplaatsen moest de onheilspellende Noordzee met zijn zandbanken vermeden kon worden, maar ook maakte het de tocht een stuk sneller. Ook Tacitus’ bewering dat er 23 mijl gegraven zou zijn is wat te lovend: de Romeinen hoefden waarschijnlijk alleen wat bestaande stroompjes te verbinden.

De Cananefaten kwamen in 69 AD het eerst in opstand, onder leiding van een zekere Brinno.
De Cananefaten kwamen in 69 AD het eerst in opstand, onder leiding van een zekere Brinno.

Wellicht bestond er oorspronkelijk al een belangrijke nederzetting van de Cananefaten in de omgeving, zodat deze al snel door de Romeinen aangewezen werd als bestuurscentrum voor hun stam. Dat maakt de opkomst van een Gallo-Romeins stadje, bewoond door veteranen en handelaren (vergelijkbaar met Batavodurum in Nijmegen) begrijpelijk. De exacte stichting van Municipium Cananefatum (“Cananefatenstad” of “Cananefaatse gemeenschap”) is onbekend, maar het zou kunnen dat de stad is ontstaan na de Opstand der Bataven, waarin de Cananefaten overigens zelf als eerste naar de wapens gegrepen hadden. De oorspronkelijke verdragen werden voor zover bekend grotendeels intact gelaten toen de rebellen verslagen waren en de stad kende, zoals de rest van Germania Inferior, een bloeitijd in de eeuw na de opstand.

De domus van Archeon is gebaseerd op een huis uit Forum Hadriani (Voorburg).
De domus van Archeon is gebaseerd op een huis uit Forum Hadriani (Voorburg).

Vanaf de 2e eeuw begon de stad de naam Forum Hadriani te gebruiken, wat vaak heeft geleid tot de conclusie dat keizer Hadrianus bij zijn bezoek aan Germania Inferior (121-122 na Chr.) marktrechten aan de stad gegeven had. Dat Forum Hadriani voor die tijd dit recht nog niet bezat lijkt wat vreemd, aangezien de stad als bestuurscentrum van de Cananefaatse gemeenschap moet hebben gediend. Het is in elk geval duidelijk dat de stad zich rond deze tijd met de naam van de keizer ging tooien. Mijlpalen van latere tijd uit Wateringse Veld vermelden echter een plaats die is afgekort als MAC, wat vermoedelijk staat voor Municipium Aelium Cananefatum. Zo vreemd is dat niet, omdat de tweede naam opnieuw verwijst naar keizer Aelius Hadrianus. Waarschijnlijk was dit dus de officiële naam van Forum Hadriani.

De mijlpalen van Wateringse Veld tonen de officiële naam van Forum Hadriani.
De mijlpalen van Wateringse Veld tonen de officiële naam van Forum Hadriani.

Door het gebruik van de afkorting MAC op de mijlpalen, waarvan de jongste uit de tijd van Antoninus Pius stamt, zegt men vaak dat de stad de status van municipium kreeg onder deze keizer en dus rond het jaar 150 beperkt stadsrecht zou hebben gehad. Dit is een misvatting, want stadsrecht zoals in de middeleeuwen en daarna aan plaatsen verleend werd, bestond niet in de Romeinse tijd. Wel bestond er de naam municipium, maar dit is eerder de algemene benaming voor een stad of gemeenschap dan dat het op een speciale status van een stad tussen colonia (Romeinse burgerstad) en vicus (niet-militaire nederzetting) in zou zitten.

Reconstructie-tekening van Forum Hadriani met insteekhaven. Deze lag min of meer op het zuiden.
Reconstructie-tekening van Forum Hadriani met insteekhaven. Deze lag min of meer op het zuiden.

Ondanks dat de status van de stad dus vrij informeel was, moeten we het aanzien niet onderschatten. De stad was in een keurig schaakbordpatroon gebouwd, zoals bij zoveel Romeinse steden het geval was, met een muur en dubbele gracht eromheen. Wel was de stad vrij klein met pakweg 1000 inwoners en een oppervlakte van 300 bij 400 meter. De inwoners bewoonden eenvoudige woonhuizen met winkeltjes en andere etablissementen. Ook bevatte de stad wat tempeltjes, een badhuis en een haven. De insteekhaven lag min of meer op het zuiden en kon bereikt worden via het Kanaal van Corbulo, dat in de loop der tijden nog een paar keer gerenoveerd werd in verband met verzanding. Veel dakpannen uit de stad en omgeving bevatten het teken van de Exercitus Germaniae Inferioris, het leger van Germania Inferior, en van de Classis Germanica Pia Fidelis, de vloot van de provincie, wat suggereert dat Forum Hadriani ook als vlootbasis gediend heeft.

Een piepklein stukje van het Kanaal van Corbulo, nagemaakt in Leidschendam.
Een piepklein stukje van het Kanaal van Corbulo, nagemaakt in Leidschendam.

In de Crisis van de Derde Eeuw begon Forum Hadriani leeg te lopen. De onveiligheid nam in deze periode teveel toe, zeker rond 270 toen de grensverdediging van het Gallische Keizerrijk instortte en niet door de heroverende Romeinen hersteld werd. Het merendeel van de stad werd rond 275 verlaten om in later tijden als steengroeve gebruikt te worden. Het kanaal van Corbulo, dat in dezelfde eeuw nog drie keer hernieuwd was, raakte in onbruik en verdween.

Forum Hadriani lag ter hoogte van Park Arentsburgh in Voorburg.
Forum Hadriani lag ter hoogte van Park Arentsburgh in Voorburg.

Wie vandaag de dag nog sporen van het Romeinse verleden van Voorburg en omgeving wil zien kan altijd terecht in Museum Swaensteyn of Park Arentsburgh. Het park in kwestie ligt op de plek van een groot deel van Forum Hadriani en bevat derhalve enkele informatiezuilen. Voorburg kent daarnaast ook een standbeeld voor Gnaeus Domitius Corbulo, zonder wiens kanaal er misschien geen Romeinse stad geweest zou zijn. In dezelfde gemeente, om precies te zijn in Leidschendam, zijn een paar kleine reconstructies van het Kanaal van Corbulo te vinden, waaronder een slootje met een Romeinse brug en een paar uit de grond opdoemende “Romeinse schepen”, beschilderd met Corbulo, soldaten en inheemsen. Bovendien ligt Voorburg niet ver van Rijswijk en Den Haag, waar enkele mijlpalen die melding van de stad maken gevonden zijn.