Reisverslag dinsdag 3 mei: van Catualium naar Blariacum

Horn wijaltaarGoedenavond, beste barbaren! Net als gisteren heb ik al met al een rustig dagje gehad. Omdat ik weer een flink stuk af wilde leggen stond ik mooi op tijd op, zodat ik tijdig kon vertrekken vanuit Catualium, oftewel Heel. Van daaruit liep ik weer verder naar het noorden, langs de linkeroever van de Maas. Daar heeft waarschijnlijk ook een Romeinse weg gelegen. Na ruim een uur bereikte ik Horn. Hier zijn wijaltaren gevonden van Mercurius Arvernus en Mars of Halamarthus (zie de foto links). Waarschijnlijk gaat het hier om plaatselijke goden die met de Romeinse vereenzelvigd werden. Dat kwam wel meer voor in die polytheïstische tijden.

De steen van Rura
De steen van Rura

Vanuit Horn stak ik de Maas weer over, want ik wilde Roermond niet mislopen! Er moet in Roermond een tempel hebben gestaan voor de godin Rura. Ik ken haar niet erg goed, maar haar naam doet me vermoeden dat ze met de Ruhr te maken heeft. Wat denken jullie? De steen van Rura is daar in elk geval te zien in het Historiehuis, met nog wel meer vondsten uit de Romeinse tijd. Roermond kende dus een Romeinse nederzetting. Er is ook een grafveld gevonden in de omgeving, zoals je wel vaker aantreft bij Romeinse nederzettingen en forten.

De kerk van Asselt bevat Romeins materiaal!
De kerk van Asselt bevat Romeins materiaal!

Vanuit Roermond liep ik naar Asselt. In de kerk die daar staat zit nog Romeinse bouwmateriaal verwerkt, tot wat stukken beton aan toe! Geen wonder, want dat Romeinse beton is op een of andere manier veel duurzamer dan dat uit jullie tijd. Na Asselt kwam ik in de buurt van Swalmen, waar funderingen zijn gevonden. Misschien waren die wel van een Romeinse wachtpost. Wie zal het zeggen? Een uur later bereikte ik Beesel, waar een inheemse nederzetting gestaan had. Ik besloot mij daar ook even “neder te zetten”, want het middaguur was al voorbij.

Het Limburgs Museum in Venlo
Het Limburgs Museum in Venlo

Al doorlopend ging ik via Reuver vlak langs de Maas en kwam ik in een omgeving waar meerdere pannenovens gevonden zijn. Pannenovens? Ja, voor het vervaardigen van dakpannen. Op de Krekelbergse Heide stond er eentje die werd uitgebaat door soldaten van Legio XXX Ulpia Victrix, uit Xanten. Misschien is het geen toeval dat daar vlakbij een plaats ligt die Pannenberg genoemd wordt. Vlak ten noorden ervan lag Tegelen. Het zou kunnen dat hier al een nederzetting lag in de Romeinse tijd. Die zou dan Tegula heten. Vanuit Tegelen ben je snel in Venlo, waar in de Romeinse tijd vast ook een belangrijke plaats is geweest. Het zou kunnen dat de plaats Sablones hier lag, al is dat lang niet zeker: misschien lag Sablones wel in het gebied dat jullie Duitsland noemen. In elk geval lag in Venlo wel zo’n pannenoven. Het is ook de plaats van het Limburgs Museum, vol Romeinse vondsten.

Dag 5 3 meiDat Venlo vast en zeker een nederzetting kende, blijkt wel uit het feit dat hier waarschijnlijk een brug over de Maas lag. Waarschijnlijk ongeveer op de plek waar nu ook een brug ligt. Die brug stak ik over, want aan de westkant van de Maas ligt het Venlose stadsdeel Blerick, de plaats van het Romeinse fort Blariacum. Zo ben ik vandaag in elk geval van fort naar fort gekomen. Tweemaal ben ik de Maas overgestoken en beide keren met een goede reden! Morgen zal ik denk ik een lange tijd aan de linkerzijde blijven. Ik hoop tegen die tijd de civitas van de Bataven binnen te gaan en tot in Boxmeer te komen. Als dat lukt bereik ik overmorgen met gemak Noviomagus. Hopelijk haal ik van daaruit Fletio op tijd!

Lucius Octavius Barbatus

www.twitter.com/OctaviusRomein

Reisverslag maandag 2 mei: mars langs de Maas

Dag 4 2 meiWie zegt dat alleen de Rijn een concentratie van Romeinse plaatsen en vondsten is? Vandaag ben ik langs de Maas naar het noorden gemarcheerd en onderweg ben ik van alles tegengekomen. Zoals mijn trouwe volgers vast wel weten ben ik gisteravond aangekomen in Stein, van waaruit ik vanmorgen verdergegaan ben. Zoals ik al zei stonden er in Limburg allerlei Romeinse villa’s. Nog geen anderhalf uur later kwam ik er alweer eentje tegen!

Grevenbicht JupiterNa tienen bereikte ik Grevenbicht, de vindplaats van een Romeinse waterput: hoe toepasselijk deze week! Daarnaast zijn er in Grevenbicht ook resten gevonden van een Jupiterzuil. Dergelijke zuilen met een klein Jupiterbeeldje zijn wel vaker aangetroffen, bijvoorbeeld als onderdeel van een Gallo-Romeinse tempel. Ten oosten van Grevenbicht stond ook zo’n tempel, in Buchten. Deze tempel was gewijd aan de godin Arcanua. Ken jij die?

Maasbracht brugVerder marcherend naar het noorden kwam ik bij Illikhoven, ook de vindplaats van een villa. Pas anderhalf uur later, tegen kwart voor 1, bereikte ik Echt, waar ik besloot om even halt te houden voor mijn middagmaal. Helaas vergat ik de tijd nogal, zodat “even” uiteindelijk bijna een uur werd. Ik liet mij echter niet kisten en bereikte rond drieën Maasbracht, waar ook alweer zo’n villa gestaan heeft.  Daar stak ik de Maas over, via een brug. Wel zo toepasselijk, want wij Romeinen hebben natuurlijk zat bruggen over de Maas gebouwd. Je steekt tenslotte graag droog over en bovendien zijn wij niet zulke goede zwemmers als de Germanen!

Heel brugOmdat het in die buurt een natte boel is, vol kanalen, zijriviertjes en sluizen, moest ik nog een paar bruggen over alvorens Heel te bereiken. Heel is vermoedelijk de plek waar het Romeinse castellum Catualium gestaan heeft, al is het fort tot op heden niet teruggevonden. Omdat langs de Maas de weg naar het noorden lag, tussen de heirbaan van Belgica en Noviomagus, waren er in de loop der tijden meerdere pleisterplaatsen langs die weg gebouwd. Meestal waren deze bedoeld voor reizende soldaten of ambtenaren. Pas in de 3e en 4e eeuw werden bij deze pleisterplaatsen ook meerdere castella gebouwd, met name om invallers die door de Rijngrens heen wisten te komen in het achterland op te kunnen vangen, evenals om de meest strategische plaatsen aan de Maas te bewaken, zodat de vijand er moeilijk over kon komen. Gelukkig is dat in mijn tijd (de Vroege Keizertijd) allemaal nog niet zo hard nodig.

PeutingerIk besloot zelf maar te blijven “pleisteren” in Catualium. Morgen is het mijn doel om Blariacum (Blerick) te bereiken. Ik zal de Maas nog wel een paar keer oversteken. Aan de westkant blijven is eigenlijk praktischer, maar ik kan het nu eenmaal niet laten om zoveel mogelijk leuke Romeinse plaatsen aan te doen. Nu leg ik de stilus (pen) maar eens neer. Morgen weer verder!

L. Octavius Barbatus

www.twitter.com/OctaviusRomein

Reisverslag zondag 1 mei: zaakjes in het zuiden

Dag 3 1 meiWat een dag, wat een dag! Gisteren ben ik aangekomen in Coriovallum (Heerlen), waar ik mij heen had begeven met een speciale reden. Enige tijd geleden had ik namelijk een uitnodiging ontvangen van Stichting Linea Recta of ik hun wandeltocht in Landgraaf wilde komen bekijken! Nou, dat sloeg ik natuurlijk niet zomaar af. Hoewel de plek niet precies op mijn route lag had ik dus besloten even een omweg te maken om in Landgraaf te gaan kijken. Tijd genoeg, want ik hoef pas over een week op mijn eindbestemming te zijn.

heerlenVanmorgen werd ik dus wakker in Coriovallum. Omdat de wandeltocht langs de heirbaan niet voor 2 uur ’s middags zou beginnen, had ik in elk geval de tijd om eens goed uit te slapen en ’s morgens nog wat rond te kijken in Coriovallum. Ik kon mijn ogen dan ook goed de kost geven in het Thermenmuseum. Het Thermencomplex van Coriovallum is de enige Romeinse ruïne in Nederland die nog volledig te bezichtigen is op de originele plek, dus dat kon ik natuurlijk niet zomaar links laten liggen. Daarnaast was er nog genoeg te doen in het museum, zoals rondleidingen en een workshop over Romeinse “bodylotion”.

Landgraaf landschapToen de ochtend op zijn eind liep werd het dan toch tijd om mij eens oostwaarts te begeven. Gelukkig ligt Landgraaf vlakbij Heerlen, dus had ik daar nog alle tijd om even rond te kijken en mezelf een beetje te informeren. De tocht ging om 14:00 uur van start en voerde ons in een rustig wandeltempo (dus niet in marstempo) over de heirbaan Keulen-Boulogne, waar ik het gisteren al over had. Met de mooie Zuid-Limburgse omgeving snap ik heel goed dat hier een uitgebreide wandeltocht gehouden wordt, want het uitzicht was zeker de moeite.

VoerendaalHelaas kon ik niet eeuwig blijven hangen bij Stichting Linea Recta. Ik had toch een reisschema om mij aan te houden en het was echt de bedoeling dat ik vandaag ook nog wat dichter bij mijn reisdoel zou komen. Uiteindelijk nam ik dus afscheid en ging ik weer richting de Maas. Om tijd te winnen besloot ik niet via de heirbaan naar Maastricht terug te lopen, maar sneed ik een stuk af door direct naar Stein te gaan. Onderweg kwam ik weer door een gebied dat rijk aan Gallo-Romeinse villa’s is geweest. Zuid-Limburg is natuurlijk ook een vruchtbare streek, dus zal het ook populair zijn geweest voor de aanleg van landerijen. Op zulke landerijen zal de armste bevolkingslaag, die van de dagloners, hard hebben staan zwoegen, hopend dat ze morgen ook weer werk zouden kunnen krijgen.

SteinDoor mijn late vertrek uit Landgraaf kwam ik pas tegen half 8 aan in Stein, maar ik was nu in elk geval weer in de buurt van de Maas (en van de Ur, dus zat ik bij twee rivieren in de buurt). Ook bij Stein hoort zo’n Romeinse villa, al kon ik daar niet veel sporen meer van terugzien. Veel puf om ernaar te zoeken had ik nu natuurlijk ook niet meer. Na een laat avondmaal schrijf ik nu nog even snel dit reisverslag en dan kruip ik in de veren. Morgen weer verder. Ik hoop dan tot in Catualium (Heel) te komen. Een goedenavond!

L. Octavius Barbatus

www.twitter.com/OctaviusRomein

Reisverslag zaterdag 30 april: in het zuiden van Germania Inferior

tweetjeSalvete, barbari Germanici! Zoals jullie misschien al weten ben ik deze week weer door jullie prachtige land aan het reizen, op mijn goede oude benenwagen! Vandaag ben ik jullie land binnen gegaan, maar het einde van mijn reis is nog lang niet in zicht. De bedoeling is dat ik uiterlijk 8 mei aanwezig ben op Castellum Hoge Woerd. Langs de kortste weg zou ik hier in vijf dagmarsen kunnen zijn, maar… ik neem niet de kortste weg!

 

Dag 0
Dag nul

Gistermiddag ben ik mijn reis begonnen vanuit Atuatuca Tungrorum, oftewel Tongeren, waar ik geholpen heb toezicht te houden op de lokale verkiezingen en de daaraan voorafgaande gladiatorenspelen. Tongeren staat bekend als de oudste stad van België: de Romeinse naam duidt erop dat meer plaatsen Atuatuca heetten, maar dat dit het Atuatuca was van de Tungri.

Tongeren AmbiorixDe naam Atuatuca is ook gebruikt voor de hoofdvesting van de Eburonen, wat verklaart waarom er eeuwen later een standbeeld in Tongeren is neergezet voor Ambiorix, de Eburoonse leider die Julius Caesar bevocht. Toch lijkt het erop dat het om twee verschillende plaatsen gaat. De Tungri zijn waarschijnlijk een mengeling van Germanen van achter de Rijn en wat Eburonen die Caesars gruwelijke wraak overleefden. Atuatuca Tungrorum werd waarschijnlijk rond 15 v. Chr. gesticht als administratieve hoofdstad van de Tungri, die onder Germania Inferior gerekend worden. Geen wonder dat in Tongeren dan ook het Gallo-Romeins Museum staat.

De grens vlakbij Maastricht.
De grens vlakbij Maastricht.

De civitas (administratief stamgebied) van de Tungri reikt waarschijnlijk tot voorbij Venlo, dus de grens tussen Nederland en België is voor mij als Romein helemaal geen grens, zelfs niet tussen stamgebieden. Tongeren zelf ligt ondertussen aan een zeer belangrijke Romeinse hoofdweg of heirbaan, namelijk die tussen Keulen, de hoofdstad van Germania Inferior, en Boulogne, een grote haven. Niet alleen is dat handig voor mij bij het volgen van de route, maar ook voor de steden en nederzettingen aan deze weg was het erg goed. Maar daar kom ik nog op terug…

Maastricht RomeinenbuurtVanmorgen rond half 9 (jullie tijdmeting) was het dan zover: ik overschreed de moderne grens tussen Nederland en België en kwam meteen in Mosae Traiectum, oftewel Maastricht. Zoals Tongeren bekendstaat als oudste stad van België wordt Maastricht wel eens oudste stad van Nederland genoemd, maar dat is niet helemaal juist: hoewel het een belangrijke plaats was, vergelijkbaar met de steden van die tijd, kreeg Maastricht nooit Romeinse stadsrechten. Dat het toch groot genoeg was om als een stad te worden beschouwd blijkt wel: in de middeleeuwen kreeg het ook nooit stadsrecht, terwijl iedereen het wel degelijk als een stad beschouwde!

De Jupitertempel onder Hotel Derlon.
De Jupitertempel onder Hotel Derlon.

Vrijwel direct kwam ik terecht in een wijk waar alle straten een naam hadden die te maken had met de Romeinen: Dianahof, Lareshof, Jupiterhof, Numitorhof. Erg leuk! Een uurtje later bereikte ik de Maas en de plek waar het castellum van Mosae Traiectum lag. Het castellum is rond 333 (dus een paar eeuwen na mijn tijd) gebouwd om de zo belangrijke brug over de Maas te bewaken. Rondom het fort lag een fossa oftewel gracht: aan west- en noordzijde lag die droog, maar aan de zuidkant stroomde daar water doorheen van de Jeker. Aan de oostkant hoefde echter geen gracht te liggen: daar lag de Maas immers al! Een badhuis mocht bij een dergelijk fort en omringende nederzetting natuurlijk niet ontbreken: op de plek ervan ligt een plein dat nog steeds Op de Thermen heet. Zelfs de ommuurde Jupitertempel had iets te maken met water: er stond namelijk een waterput. Zo’n put geeft immers veel frisser drinkwater.

De catacomben van Valkenburg.
De catacomben van Valkenburg.

Uiteindelijk werd het tijd voor mij om verder te gaan. Ik stak de Maas over en volgde de heirbaan naar het oosten, naar Coriovallum (Heerlen). Dat ligt niet op mijn route, maar ik heb een reden om die kant uit te gaan. Onderweg kwam ik langs een plaats waarvan de naam mij bekend voorkwam: Valkenburg. De naam deed bij mij een belletje rinkelen omdat een plaats in Zuid-Holland dezelfde naam heeft, namelijk daar waar het castellum Praetorium Agrippinae lag. In het Limburgse Valkenburg was een dergelijk fort niet te vinden, maar ik ben er toch even blijven hangen. In een deel van de mergelgroeven bleken namelijk de catacomben van Rome te zijn nagebouwd! Dit waren de ondergrondse Joodse en christelijke begraafplaatsen buiten Rome. Toen het christendom in de 4e eeuw een meer dominante positie kreeg werden de ooit zo sombere gangen steeds rijkelijker versierd. Dat is fraai nagemaakt in Valkenburg!

heuvelachtigUiteindelijk trok ik verder, onderwijl genietend van het landschap. Een stuk heuvelachtiger dan die Rijngrens waar ik volgende week moet zijn. Er moeten veel Gallo-Romeinse villa’s hebben gestaan in Zuid-Limburg, zoals bij Voerendaal.

Dag 1

Dat deze streek zo populair was bij de regionale elite, in dit geval vaak gepensioneerde commandanten uit de hulptroepen of afstammelingen daarvan, kan ik wel begrijpen. Het landschap is erg mooi! Zulke villa’s zullen hier in het noorden van het rijk trouwens vaak een hypocaustum (vloerverwarming) hebben gehad, net zoals de Romeinse badhuizen. Die badhuizen hebben stromend water nodig, wat in deze heuvelachtige streken wel wat gemakkelijker voor elkaar te krijgen is: water stroomt immers van hoog naar laag.

heerlenZo bereikte ik dan uiteindelijk Coriovallum, oftewel Heerlen, waar ook zo’n badhuis gestaan heeft. En wat voor één! Het Thermencomplex van Heerlen is zo groot dat er een compleet museum aan gewijd is! Met een vloerverwarming voor de warmere ruimtes, uiteraard. (Zie mijn eerdere artikel over de Romeinse badhuizen.) Dat het zo’n groot complex was zegt wel iets over de streek. Coriovallum had ook geen stadsrecht, maar kan qua formaat rustig met de Romeinse steden in jullie land vergeleken worden: de bewoners konden nu eenmaal veel verdienen aan die handelsweg. De bouw van die grote thermen is vast gefinancierd door een particuliere geldschieter. Zou dat iemand uit Coriovallum zijn geweest of één van die villabewoners?

Heerlen ThermenmuseumTegen de tijd dat ik het Thermenmuseum bereikte vond ik het allemaal wel mooi. Morgen heb ik mijn afspraak en tot die tijd kan ik morgenochtend mooi even uitgebreid rondkijken in het museum. Na dat alles moet ik, vrij laat op de middag nog, rechtsomkeert maken en weer naar de Maas terugkeren, dus ik zal nog wel even flink moeten doorlopen. Ach, ik kan in elk geval even uitslapen (schijnt op die dag van de week erg populair te zijn bij jullie). Morgen weer op pad. Tot dan!

Lucius Octavius Barbatus

De Romeinenweek: Octavius gaat weer op pad!

 

Octavius reist graag langs de Rijn op en neer. Maar ook andere plaatsen in Nederland bezoekt hij.

“Zeg, Octavius! Wat horen wij nou? Ben jij op dit moment helemaal niet in de buurt van de Rijn?”

Nee, beste mensen, dat klopt als een bus! Momenteel ben ik in het zuiden van Germania Inferior. In Atuatuca Tungrorum om precies te zijn. (Tongeren dus.) Wat ik daar doe? Nou, misschien herinnert iemand zich dat grote, spectaculaire gladiatorenfestival dat daar half maart plaatsvond? Dat was natuurlijk niet zonder reden. De spelen werden georganiseerd door twee (Gallo-)Romeinse heren die allebei aan de lokale verkiezingen meededen. Aangezien op zo’n groot evenement en zo’n belangrijke verkiezing een hoop mensen afkomen, is het handig om wat om extra bewaking te hebben. Ook omdat de spanningen natuurlijk wel eens hoog kunnen oplopen, want beide kandidaten lustten elkaar rauw! Ik was daar dus met een klein detachement aanwezig om te helpen met het toezicht.

Die verkiezingen hebben deze week plaatsgevonden. Afgaande op de uitslag van de spelen verraste de verkiezingsuitslag mij allang niet meer. Nu ben ik hier echter niet meer nodig. Ik kreeg echter een brief van mijn meerdere met de opdracht mij uiterlijk 8 mei te melden in Fletio (laat ik er maar van uitgaan dat dit de Romeinse naam van Castellum Hoge Woerd is). Daar ben ik blijkbaar beter in te zetten. Met wat flink doorlopen is er genoeg tijd om even een omweg te maken via Noviomagus, waar mijn oom immers deel uitmaakt van het stadsbestuur: ik had beloofd hem bericht te brengen over de verkiezingsuitslag, zodat hij weet wie zijn collega in Atuatuca is geworden.

Als ene Lucius uit de familie Octavius nogal bebaard is kan hij bijvoorbeeld Lucius Octavius Barbatus genoemd worden.

Wat jullie dan verder van mijn route en berichten kunnen verwachten? Tja, ik verklap natuurlijk liever niet teveel, maar ik zal in elk geval via de Maas naar het noorden gaan. Misschien steek ik hem een paar keer over om de leukste Romeinse plekken te kunnen bezoeken. Dan naar Noviomagus en van daaruit rechtstreeks naar de Rijn. Ik ben ook nog uitgenodigd om een evenement te bezoeken dat in de buurt van mijn route ligt, dus het kan zijn dat ik daar ook nog even ga kijken. En reken erop dat ik onderweg zoveel mogelijk leuke dingen over Romeinen en water zal zoeken, want daar gaat de Romeinenweek immers over. Maar vanaf vrijdag 29 april ga ik weer volop op pad! Dan ga ik weer heel uitgebreid berichten op twitter.com/OctaviusRomein. En natuurlijk elke dag een reisverslag, hier op Romeinen.info! Ik kijk ernaar uit. Jullie ook?

Het programma van de Romeinenweek is te vinden op www.romeinenweek.nl