De Slag bij het Meer van Regillus (499-496 v. Chr.)

Rome lag aan de noordkant van het Latijnse stamgebied. Ten zuidoosten daarvan woonden de Volsci.

De Romeinse Republiek kreeg na 509 v. Chr. alle tijd om zich te ordenen en een stabiele staat te worden. Dat was maar goed ook, want aangezien Rome nog niet meer dan een stadstaat was, was haar overleving nog helemaal niet zeker. In Italië wemelde het nog van de potentiële vijanden. Tien jaar het uitroepen van de Republiek diende zo’n vijand zich aan, op last van een oude vijand: de verdreven koning Tarquinius!

De ruïnes van Tusculum. De stad is in de loop der eeuwen onbewoond geraakt.
De ruïnes van Tusculum. De stad is in de loop der eeuwen onbewoond geraakt.

Nadat de in ballingschap verkerende Tarquinius in 507 v. Chr. door Lars Porsena was weggestuurd uit Clusium, had hij zijn heil gezocht bij zijn schoonzoon, Octavius Mamilius, de vorst van Tusculum. Mamilius was een telg uit een geslacht dat beweerde af te stammen van Odysseus en Circe, één van de meest vooraanstaande Latijnse families. Mamilius probeerde de zaak van zijn schoonvader te bepleiten bij de Etrusken, maar het vredesverdrag tussen Rome en Clusium maakte de kans op hulp uit deze hoek erg klein. Een Romeins-Sabijnse oorlog brak uit in 505 v. Chr., waarbij de Sabijnen steun kregen van Veii, maar opnieuw behaalde Rome de overwinning. Datzelfde gold voor een opstand van de Romeinse koloniën Pometia en Cora in 503 v. Chr: opnieuw triomfeerden de Romeinse consuls. Het werd duidelijk dat, ondanks zijn Etruskisch bloed, Tarquinius niet op hulp van deze machtige bond hoefde te rekenen, terwijl de Sabijnse oorlogsmacht veel te zwak was. Hierop wendde Mamilius zich echter tot zijn verwanten: de Latijnen.

Meer dan tien jaar nadat hij uit Rome verdreven was, zon Tarquinius Superbus nog altijd op wraak en de herovering van zijn troon.
Meer dan tien jaar nadat hij uit Rome verdreven was, zon Tarquinius Superbus nog altijd op wraak en de herovering van zijn troon.

De Latijnen, die het gebied ten zuiden van Rome woonden, woonden niet ver van de Republiek en konden op deze manier een behoorlijk groot gevaar vormen. Toch sloten niet alle Latijnse steden zich aan bij Mamilius: sommige kozen ervoor om over te lopen naar Rome. Tegelijkertijd waren er echter ook oude bondgenoten die Rome nu in de steek lieten ten gunste van Mamilius, die uiteindelijk wel 30 Latijnse steden tegen Rome verenigde. De situatie werd in 501 v. Chr. zo nijpend dat men in Rome voor het eerst een dictator benoemde in de persoon van Titus Lartius Flavus. Zo’n vaart liep het echter niet en de eerste aanval liet nog enkele jaren op zich wachten: dit zou in 499, 498 of zelfs 496 v. Chr. kunnen zijn geweest. Vaststaat dat er een nieuwe dictator werd benoemd: Aulus Postumius, kreeg nu het bevel over de Romeinse Republiek en haar legioenen. Titus Aebutius Elva was zijn magister equitum, oftewel onderbevelhebber.

De mogelijke locatie van de veldslag. Het meer van Regillus is in de 4e eeuw v. Chr. drooggelegd.
De mogelijke locatie van de veldslag. Het meer van Regillus is in de 4e eeuw v. Chr. drooggelegd.

Postumius raakte slaags met de Latijnse bond bij het meer van Regillus. Mamilius leidde het Latijnse leger zelf samen met Tarquinius en diens laatste zoon Titus. De aanwezigheid van de Tarquinii zou de Romeinse strijdlust flink hebben aangewakkerd en het werd dan ook een hevige veldslag. Al vrij vroeg in de strijd raakte Tarquinius gewond toen hij Postumius probeerde aan te vallen. Aebutius deed op zijn beurt een aanval op Mamilius: hij trof hem in de borst maar raakte zelf aan zijn arm gewond zodat hij zich terug moest trekken en zijn troepen van een afstand moest leiden. Hierop begon de slag moeizamer te gaan voor de Romeinen. Toen oud-consul Marcus Valerius Volusus probeerde om Titus Tarquiniuis aan te vallen werd hij zelfs gedood door diens mannen.

De Dioscuren (Castor en Pollux) strijden mee aan het meer van Regillus. (Gravure van J.R. Weguelin uit 1880)
De Dioscuren (Castor en Pollux) strijden mee aan het meer van Regillus. (Gravure van J.R. Weguelin uit 1880)

Pas toen Postumius de legioenen aanvulde met zijn eigen lijfwacht werd de opmars van de vijand gestuit. Toen trad één van de helden van de oorlog met Clusium naar voren: Titus Herminius Aquilinus, die Horatius had geholpen om de Pons Sublicius te verdedigen. Ook hij was consul geweest in de tussentijd en leidde de aanval op één van de kopstukken. Na een tweestrijd slaagde hij erin Mamilius te doden. De vreugde was helaas maar kort: terwijl Herminius zich de wapenrusting van zijn gevallen tegenstander als trofee probeerde toe te eigenen, werd hij dodelijk getroffen door een werpspeer. Uiteindelijk kwam Postumius met een doorbraak door een ongewone zet. Hij beval de ruiterij om af te stijgen en te voet aan te vallen. Castor en Pollux, de zoons van Jupiter, zouden in de gedaante van twee ruiters hebben meegevochten aan de Romeinse zijde. Maar zelfs als dat niet meer dan een sterk verhaal was: de Latijnen sloegen op de vlucht en de Romeinen wonnen zo de slag. Postumius kreeg een waardige triomf in Rome en liet een tempel voor Castor en Pollux bouwen.

De Latijnse bond. Rome is duidelijk één van de grootste steden op de kaart.
De Latijnse bond. Rome is duidelijk één van de grootste steden op de kaart.

Hierna was het met de zaak van Tarquinius bekeken. De verbannen koning trok zich terug naar Cumae, waar hij ontvangen werd aan het hof van de tiran (klassiek alleenheerser) Aristodemus, waar hij uiteindelijk overleed. In 495 gaven de Latijnen aan een oproep van de Volsci om samen tegen Rome op te trekken. De Republiek waardeerde dit zeer en liet als dank Rome 6000 krijgsgevangenen vrij. De Latijnen beantwoordden dit gebaar door een gouden kroon naar de tempel van Jupiter Optimus Maximus in Rome te zenden. Dit alles versterkte de band tussen de Romeinen en de Latijnen zeer en door de Latijnse waarschuwing werden de Volsci afgeslagen. In 493 werd de Foedus Cassianum afgerond als kroon op de vriendschap. Voortaan was er een bondgenootschap tussen Rome en de Latijnse steden. Rome had vanaf nu een leidende positie in de Latijnse bond. De Republiek was opnieuw veiliggesteld en het koningschap zou niet meer terugkeren.

Tarquinius Superbus de tiran (535-509 v. Chr.)

Tarquinius SuperbusHij was de beruchtste koning van Rome en dan ook niet voor niets de laatste. Lucius Tarquinius, bijgenaamd Superbus, “de Trotse”. Vanwege zijn hoogmoedige karakter had koning Servius Tullius hem zijn bescheiden dochter Tullia maior tot vrouw gegeven, terwijl de eerzuchtige Tullia minor aan Lucius’ bescheiden broer Arruns was uitgehuwelijkt. Maar al snel maakten Lucius en zijn schoonzus gemene zaak, vermoordden hun beide partners en huwden elkaar. Uit hun huwelijk kwamen vier kinderen voort: zoons Titus, Arruns en Sextus en dochter Tarquinia.

Tarquinius maakt zichzelf koning van Rome. Tekening door John Leech (19e eeuw) uit The Comic History of Rome
“Tarquinius maakt zichzelf koning van Rome.” Tekening door John Leech uit The Comic History of Rome (19e eeuw)

Tarquinius zette op boosaardige wijze de hele Senaat op tegen zijn schoonvader, die hij ervan betichtte op onrechtmatige wijze koning te zijn geworden en de armere bevolkingsgroepen te bevoorrechten. Toen Tullius zich kwam verdedigen werd hij op brute wijze naar buiten gesmeten, waarna zijn lijfwacht hem in de steek liet. De koning werd op straat vermoord, waarna Tullia in haar wagen naar de Senaat reed om haar echtgenoot als koning te begroeten. Tarquinius vreesde dat de menigte slecht zou reageren op de dood van de koning en waarschuwde haar terug naar huis te gaan. Onderweg naar huis hield haar wagenmenner plotseling halt toen hij tot zijn afgrijzen het lichaam van koning Tullius zag liggen. De feeks nam de teugels in handen en reed in volle vaart over het lijk van haar vader heen, zodat zij bedekt met bloed thuiskwam. De straat heette sindsdien de Vicus Sceleratus, “de buurt van de misdaad”.

Tarquinius Superbus, door Livio Mehus.
Tarquinius Superbus, door Livio Mehus.

De regering van Tarquinius werd dus al ingeleid met moord, gevolgd door niet veel betere zaken. Hij weigerde het lichaam van Servius Tullius te begraven en liet al snel enkele senatoren die hij ervan verdacht de dode koning trouw te zijn ter dood brengen. De vrijgekomen plaatsen liet hij niet vullen en verder trok hij zich weinig van de Senaat aan, die hiermee zowel in macht als in omvang beknot werd. Voor rechtspraak tegen grote misdaden vroeg Tarquinius bovendien geen advies aan de Romeinse juristen, waardoor vonnissen afhankelijk werden van zijn willekeur. Wie dus verdacht werd van oppositie was hoe dan ook zijn leven niet zeker.

Rome lag aan de noordkant van het Latijnse stamgebied. Ten zuidoosten daarvan woonden de Volsci.
Rome lag aan de noordkant van het Latijnse stamgebied. Ten zuidoosten daarvan woonden de Volsci.

Tegelijkertijd verkreeg Tarquinius een sterke bondgenoot door zijn dochter Tarquinia uit te huwelijken aan Octavius Mamilius, de leider van de Latijnse stad Tusculum. Kort daarna hield hij een bijeenkomst met de Latijnse leiders om de verdragen met Rome te bespreken, in het heilige bos van de godin Ferentina. Eén van hen, Turnus Herdonius uit Aricia, sprak zich fel uit tegen Tarquinius en waarschuwde de Latijnen hem niet te vertrouwen. Tarquinius kocht hierop een dienaar van Turnus om, zodat deze een partij zwaarden in het verblijf van Turnus binnensmokkelde. Nu kon Tarquinius Turnus ervan beschuldigen van verraad: Turnus werd in een waterpoel gegooid, waarna er een houten rooster boven zijn hoofd werd geplaatst waar stenen op werden gegooid tot hij verdronk. Tarquinius haalde de Latijnen hierna over om hun verdrag met Rome te vernieuwen, waarmee hij zijn positie nog meer versterkte. Een oorlog tegen de Volsci, die ten zuidoosten van de Latijnen woonden, resulteerde in een grote triomf met veel buit, waarna Tarquinius de tempel van Jupiter Optimus Maximus voltooide, waar zijn vader aan begonnen was.

Tarquinius Superbus, door Lawrence Alma-Tadema. De koning (purperen mantel) ontvangt een lauwerkrans. Op de voorgrond de papaverplanten.
Tarquinius Superbus, door Lawrence Alma-Tadema. De koning (purperen mantel) ontvangt een lauwerkrans. Op de voorgrond de papaverplanten.

De volgende oorlog was tegen Gabii, een Latijnse stad die zich niet bij het verbond had willen aansluiten. De stad was te goed verdedigd voor inname met geweld, dus verzon Tarquinius een list. Zijn zoon Sextus wendde voor dat zijn vader hem had laten mishandelen en deed of hij naar Gabii vluchtte. Daar won hij het vertrouwen van de bewoners en kreeg uiteindelijk het bevel over hun troepen. Hij stuurde een brief naar zijn vader met de vraag hoe de stad af te leveren. De koning ontving de brief terwijl hij in zijn tuin liep. Als antwoord hakte hij de bollen van de langste papaverplanten af: Sextus begreep zijn opdracht en liet alle leiders in Gabii doden of verbannen. Hierna volgden er nog meer triomfen. Als koning deed hij ondertussen ook werken in Rome: voor de nieuwe tempel moesten enkele oude Sabijnse heiligdommen wijken en werd de top van de Tarpeïsche Rots vrijgemaakt. Ook zette hij zijn vaders werk aan de Cloaca Maxima voort.

Brutus kust de aarde, door Giuseppe Crespi. Hiermee werd de ondergang van de Tarquinii voorzegd.
Brutus kust de aarde, door Giuseppe Crespi. Hiermee werd de ondergang van de Tarquinii voorzegd.

Ondanks deze interessante werken en militaire triomfen waren er nauwelijks grenzen aan de wreedheid en willekeur van Tarquinius’ beleid. Uiteraard zou het een kwestie van tijd zijn voordat hier verzet tegen zou ontstaan. Tijdens zijn regering werd de ondergang van de Tarquinii in feite al voorzegd: de koningszonen Arruns en Titus bezochten namelijk het Orakel van Delphi, in gezelschap van hun neef Lucius Iunius Brutus. Brutus, wiens cognomen zoveel betekent als “sufferd”, koesterde wrok jegens Tarquinius omdat zijn broer onder de slachtoffers van de koning was geweest. Door de sufferd te spelen was Brutus tot dan toe echter altijd de dans ontsprongen. Toen Arruns en Titus het Orakel vroegen wie hun vader zou opvolgen als koning, luidde het antwoord dat hij die als eerste zijn moeder kuste de koning zou opvolgen. Arruns en Titus namen aan dat zij hun moeder Tullia dus moesten kussen, maar Brutus liet zich met opzet vallen en kuste stiekem de grond: Moeder Aarde. Omdat Arruns en Titus de voorspelling verkeerd hadden geïnterpreteerd roken zij geen onheil. Was Brutus niet immers een sufferd? Echt iets voor hem om ineens te struikelen en onderuit te gaan. Maar het lot van de dynastie was hiermee bezegeld…